Hoofdstuk 1: Risico’s bij werkzaamheden langs de weg
In veel bedrijven en beroepen komen werkzaamheden voor waar extra risico’s aan zijn verbonden. Werkzaamheden verrichten langs de weg is ook zo’n risicovolle situatie. Wanneer je herstelwerkzaamheden aan de weg doet, hagen knipt, schoffelt of bermen maait, moet je jouw aandacht kunnen richten op jouw werk. Maar bij het uitvoeren van de werkzaamheden brengt jouw werkplek en werkomgeving risico’s met zich mee.
Onder werkomgeving worden zowel de plaats van uitvoering van het werk (weg, berm, bouwput) als werkplaatsen en bedrijfsterreinen verstaan. Het grootste risico dat je op deze werkplekken loopt is dat je aangereden kan worden. Door het treffen van veiligheids- en verkeersmaatregelen kun je de kans op dergelijke risico’s verkleinen.
De werknemer, werkgever en wegbeheerder hebben daarin ieder een eigen taak en verantwoordelijkheid. De maatregelen en de verantwoordelijkheden zijn vastgelegd in de Wegenverkeerswet, de Arbowet en in het Burgerlijk Wetboek.
Het CROW heeft op basis hiervan richtlijnen opgesteld voor ‘werken in uitvoering langs wegen’. Voor de Arbeidsinspectie gelden de CROW-richtlijnen als norm.
Het risico dat je wordt aangereden wordt bepaald door het wegtype, de soort werkzaamheden, de snelheid van het verkeer en het tijdstip van uitvoering van het werk. Verkeersmaatregelen bestaan uit het gebruik van de verschillende soorten afzettingsmaterialen en het gebruik van signaalkleding. Verkeersmaatregelen zorgen ervoor dat jij als werknemer veiliger langs of op de weg kunt werken. Zo wordt ook de veiligheid van omstanders gewaarborgd.
De risico’s bij de werkzaamheden
Het graven van een sleuf, het leegzuigen van rioolputten of het snoeien van bomen zijn werkzaamheden die op, boven of naast de weg worden uitgevoerd. Deze werkzaamheden brengen specifieke gevaren met zich mee. Er is echter één duidelijk algemeen gevaar waaraan je bloot staat en dat is aangereden worden door weggebruikers. Daarnaast bestaat de kans op materiële schade, namelijk de kans dat machines of klein materieel worden aangereden. Bij werkzaamheden langs de weg heb je daarom materialen nodig om de werkplek voor jezelf, andere werknemers en weggebruikers veilig te maken.
We denken dan in de eerste plaats aan verkeerskegels en waarschuwingshekken. De risico’s van aanrijden zijn niet alleen aanwezig in het verkeer op de openbare weg. Veel ongelukken gebeuren op eigen terrein, in werkplaatsen en op bouwplaatsen met tractoren, heftrucks en vrachtauto’s. Regelmatig horen we dat er een kind op het eigen erf onder een tractor is gekomen. Om de risico’s aanvaardbaar te maken moet een werkplek overzichtelijk en ruim van opzet worden gemaakt. Ook is het belangrijk dat er een duidelijke afbakening is van welk deel gebruikt wordt door rijdend verkeer en welk deel door voetgangers. Dit verkleint de kans op onveilige situaties.
De wegbeheerder
De wegbeheerder is verantwoordelijk voor alle verkeersmaatregelen. Hij moet namelijk toestemming geven om werkzaamheden op, boven of naast de weg te verrichten. Dit geldt ook voor het plaatsen van een wegafzetting. Wegbeheerders kunnen zijn Rijkswaterstaat, de provincie, de gemeente, het waterschap of particulieren.
De werkgever
De werkgever is verplicht zorg te dragen voor een veilige inrichting van de werk(omgeving) voor jou, je collega’s en omstanders. In de werkvoorbereiding heeft hij overleg met de opdrachtgever en de wegbeheerder. Ook worden hulpdiensten, zoals politie en ambulance op de hoogte gesteld van eventuele verkeershinder. De werkgever moet zijn medewerkers op de hoogte brengen van de verkeersmaatregelen die genomen moeten worden. Tevens stelt hij de middelen beschikbaar, zoals afzetmiddelen en persoonlijke beschermingsmiddelen.
De werknemer
Werknemers moeten uitvoerig geïnformeerd worden over regels en voorschriften van het bedrijf en de opdrachtgever. Ook over de verkeersmaatregelen moeten zij worden ingelicht. De werknemer moet zich houden aan instructies en voorlichting. Hij moet de verkeersmaatregelen op de werkplek zorgvuldig uitvoeren: voorbereiden, plaatsen en onderhouden. De werknemer is tijdens het werk verantwoordelijk voor de geplaatste wegafzetting.
De weggebruiker
De weggebruiker moet zijn opgeleid, een rijbewijs hebben voor het voertuig dat hij/zij bestuurt en zich verantwoordelijk gedragen. De weggebruiker moet zich richten naar de verkeersmaatregelen. Die verkeersmaatregelen moeten ook bij tijdelijke situaties duidelijke en juiste instructies geven aan de weggebruikers.
Werkzaamheden aan de weg veroorzaken een verstoring in het wegbeeld. De verwachting van de weggebruiker wordt verstoord en de doorstroom van het verkeer wordt in meer of mindere mate gehinderd. Dat brengt risico’s met zich mee, bijvoorbeeld het gevaar van een aanrijding. Niet alleen het gemotoriseerde verkeer heeft er last van, maar ook fietsers en voetgangers. Het komt regelmatig voor dat het werkverkeer een fietspad moet kruisen. Let hierbij extra goed op, want een fietser is een kwetsbare deelnemer aan het verkeer.
Risico’s bij werken langs de weg
- Aanrijding door langsrijdend verkeer of door verkeer in werkvak
- Agressie en geweld weggebruikers
- Slecht zicht door regen en mist
- Klimaat (gladheid, regen, sneeuw, mist)
Werken langs wegen is en blijft altijd een riskante bezigheid. De inrichting van de werkomgeving is een algemeen belang. Door u aan de regels te houden en instructies van de leidinggevende op te volgen kunnen we het met elkaar veiliger maken!